Risico bij toezicht bij civiele werkzaamheden in de grond in de buurt van een MS- of HS-net
RE-133-233
Voorbereiding
Stap 1
Je mag pas met het werk beginnen als aan de volgende voorwaarden is voldaan. Klopt er iets niet? Begin dan niet met de werkzaamheden, maar bel direct de WV.
- Controleer op risico’s. Neem de noodzakelijke (veiligheids)maatregelen.
- Controleer of de opdracht klopt met de situatie op de werkplek.
- Controleer of de actuele liggingsgegevens op de werkplek aanwezig zijn.
- Zorg dat de netbeheerder een aanvullende locatiebepaling doet als dat nodig is.
Uitvoering
Stap 2
Voer een Laatste Minuut Risico Analyse (LMRA) uit.
Stap 3
Controleer op de werkplek of de grondroerder de geldende voorschriften kent en deze ook uitvoert. Dit zijn bijvoorbeeld WION en CROW.
Stap 4
Controleer visueel de kwaliteit van de vrijgegraven kabels. Waarschuw de WV als de kwaliteit onvoldoende is.
Stap 5
Zijn er wijzigingen in de afgesproken werksituatie? Zorg dan dat de grondroerder direct contact opneemt met de toezichthouder, voordat je doorgaat met de werkzaamheden.
Stap 6
Zijn er bijzonderheden of afwijkingen? Meld dit dan aan de WV. De WV zal de situatie dan beoordelen en bepalen wat er gedaan moet worden.
Stap 7
Je mag de werkplek verlaten:
- als de procedures en werkafspraken worden gevolgd, EN
- er geen groot veiligheidsrisico is voor de bedrijfsmiddelen van de netbeheerder.
Beëindiging
Stap 8
Als je klaar bent, doe je het volgende:
- Registreer de benodigde gegevens.
- Heb je gewerkt via een DO? Meld dan aan de WV dat het werk klaar is.
- Heb je gewerkt via een RO? Lever het werk dan op volgens de bedrijfsafspraken.
- Laat de werkplek veilig achter.
Blootstelling aan stoffen in de verontreinigde bodem kan de gezondheid ernstige schade toebrengen.
Definitie urgente storingen en calamiteiten: Verstoringen waarbij grote maatschappelijke onrust ontstaat of direct gevaar dreigt voor mensen en/of sprake is van bijvoorbeeld ongecontroleerde gasuitstroom, die onmiddellijk ingrijpen verlangen om de situatie veilig te stellen.
OPMERKING: De sector volgt de in 2018 verschenen CROW 400 en geeft daar een invulling aan in de Arbocatalogus. De voorgestelde werkwijze bij werkzaamheden in de bodem bij urgente storingen en calamiteiten is uitgewerkt voor de Arbocatalogus van de Netwerkbedrijven.
Blootstelling aan stoffen in verontreinigde bodem kan de gezondheid ernstige schade toebrengen.
Beschrijving: de gevolgen van struikelen en uitglijden variëren van blauwe plekken en kneuzingen tot ernstige breuken. Soms kan dit leiden tot blijvend letsel.
Beschrijving: het oplopen van een besmetting in gebieden of op plaatsen die door de overheid als risicogebied zijn aangewezen.
Beschrijving: blootstelling aan koude, warmte, fel zonlicht (uv-straling), storm en rukwinden met als gevolg fysieke schade zoals bevriezing, verbranding, verstoring van de warmtebalans, zonnesteek en het risico op huidkanker en letsel als gevolg van harde windstoten.
Doel
Veilig civiele werkzaamheden in de grond uitvoeren in de buurt van een HS- of MS-net (onder toezicht).
Let op: deze VWI geldt niet voor civiele werkzaamheden op onderstations
Opdracht en aanwijzing
Domein TR
Je krijgt de opdracht van een WVTR of WVTR verbindingen via minimaal een DO. Op deze werkzaamheden houdt minimaal een VOPTR toezicht op basis van het “graafschade preventiebeleid van de Netbeheerder”.
Er is geen aanwijzing nodig voor de uitvoering van de civiele werkzaamheden.
Domein MS
Je krijgt de opdracht van een WVMS of een WVMS netmontage via minimaal een RO. Op deze werkzaamheden houdt minimaal een VOPMS toezicht op basis van het “graafschade preventiebeleid van de Netbeheerder”.
Er is geen aanwijzing nodig voor de uitvoering van de civiele werkzaamheden.
Risico’s en maatregelen
Risico: Beïnvloeding, bijv. door weersomstandigheden, personen of dieren, verkeer. Maatregel: Scherm de werkplek af en neem verkeersmaatregelen. Onderbreek het werk. — Risico: Aantreffen van een kabel die al beschadigd is of later beschadigd wordt. Maatregel: Onderbreek het werk. Overleg met de WV. — Risico: Aanwezigheid van bedrijfsmiddelen op het werkterrein. Bijvoorbeeld mechanische kranen en hydraulische en pneumatische apparatuur. Maatregel: Gebruik PBM’s.